Opruiming nertsenfokkerijen
2 februari 1999
In Nederland zijn nog zo’n 200 pelsdierenfokkerijen, waar elk jaar 2,6 miljoen nertsen gefokt en vergast worden voor hun vacht. Nederland levert 10% van de wereldproductie aan nertsenbont. In nertsenfokkerijen staan de kleine draadgazen kooien aaneengesloten in lange rijen onder een afdak. De jonge nertsen worden in het voorjaar in de kooi geboren en na zeven maanden, als de vacht op z’n mooist is, worden de dieren afgemaakt (vergast) en gevild. Nertsen zijn wilde dieren die in de krappe draadgazen kooitjes op fokkerijen lijden aan stress en verveling. De van nature alleen levende nerts zit in een nertsenfokkerij met maar liefst 11 soortgenoten per vierkante meter. Ruimte om hun natuurlijk gedrag te uiten hebben ze in de fokkerijen niet. Ze kunnen niet rennen, zich verstoppen of vluchten en zwem- en viswater ontbreekt. De nertsen worden gek van verveling en frustratie. Dat uit zich in in abnormaal gedrag als eindeloos herhaalde bewegingen en het bijten in de eigen staart.
Dit voorjaar staat de nertsenhouderij politiek ter discussie. Met een nieuwe landbouwminister en een nieuwe samenstelling van de Tweede Kamer is de kans dat er een verbod op de nertsenfokkerij komt, nog nooit zo dichtbij geweest.
Het is nu of nooit voor 2,6 miljoen nertsen in Nederland. Mede dankzij de inzet van Bont voor Dieren wordt het fokken van vossen en chinchilla’s voor bont in ons land verboden vanwege de ernstige welzijnsproblemen van deze pelsdieren in gevangenschap. Ook het welzijn van nertsen op fokkerijen is ernstig aangetast. Bont voor Dieren vindt dat een verbod op het fokken van nertsen dan ook noodzaak is.
Vanaf 11.00 tot 15.00 kunt u bij het Carnavalsmonument aan de Walstraat terecht voor informatie, het zetten van een handtekening of het inleveren van een oude bontjas.
Kamerleden digitaal gebombardeerd
Bont voor Dieren start email-actie tegen de nertsenfokkerij
2 februari 1999
In 1995 en 1997 werd al besloten om respectievelijk de vossenfokkerij en de chinchillafokkerij te verbieden in Nederland. Een voorstel om ook de nertsenfokkerij haalde indertijd net geen meerderheid in de Kamer.
Sinds de verkiezingen van 1998 is de samenstelling van de Tweede Kamer ingrijpend veranderd. Voor een verbod op de nertsenfokkerij lijkt nu wel een meerderheid te bestaan. PVDA, GroenLinks, SP en RPF zijn vóór zo’n nertsenfokverbod. Ook D66 lijkt een voorstander te zijn van een fokverbod.
Toch zijn nog niet alle kamerleden overtuigd van de noodzaak van een nertsenfokverbod. Met name de VVD, CDA, SGP en GPV zijn tegen en moeten nog overtuigd worden van het feit dat de bontfokkerij een extreme vorm van bio-industrie is en geen enkel redelijk doel dient. Daarom is het juist nu van groot belang dat de Tweede Kamerleden bestookt worden met protest-email.
Nederland levert 10% van de wereldproductie aan nertsenbont en is daarmee de op één na grootste nertsenfokker in de wereld. Nertsen zijn wilde dieren die in krappe draadgazen kooitjes op fokkerijen letterlijk gek worden van stress en verveling. De dieren vertonen vaak stereotiep, abnormaal gedrag. Het komt zelfs voor dat de dieren zichzelf of elkaar verminken. In mei worden de jonge nertsen geboren en na zeven maanden, als de vacht op z’n mooist is, worden de dieren vergast en gevild. Dat voor een overbodig en nutteloos product als bont waar in Nederland geen enkel maatschappelijk draagvlak voor bestaat.
Nog deze eeuw kan Nederland een einde maken aan dit dierenleed. 1999 is het jaar van de waarheid voor 2,6 miljoen nertsen in Nederland. 150 Kamerleden beslissen binnenkort over het lot van deze dieren. Bont voor Dieren gaat er vanuit dat de cyberprotestactie digitale vruchten aflevert en dat de bontfokkerij beperkt blijft tot een uitwas van de 20e eeuw.
“Minister Apotheker heb hart voor de nerts…”
Bont voor Dieren overhandigt 60.000 hartekreten aan minister Apotheker
2 februari 1999
In 1995 en 1997 werd besloten om respectievelijk de vossenfokkerij en de chinchillafokkerij te verbieden in Nederland. Een verbod op de nertsenfokkerij haalde toen net geen kamermeerderheid. Sinds de verkiezingen van 1998 is de samenstelling van de Tweede Kamer ingrijpend veranderd. Voor een verbod op de nertsenfokkerij lijkt nu wel een meerderheid te bestaan. PvdA, GroenLinks, SP en RPF zijn vóór een dergelijk verbod. Ook D66 lijkt een voorstander te zijn. Toch zijn nog niet alle kamerleden overtuigd. VVD, CDA, SGP en GPV zijn tegen en hebben nog wat tijd nodig om zich te realiseren dat de bontfokkerij een extreme vorm van bio-industrie is dat geen enkel redelijk doel dient.
Nederland levert met 2,6 miljoen nertsen per jaar 10% van de wereldproductie aan nertsenbont. Nertsen zijn wilde dieren die in krappe draadgazen kooitjes op fokkerijen letterlijk gek worden van stress en verveling. De dieren vertonen vaak stereotiep, abnormaal gedrag. Het komt zelfs voor dat zij zichzelf of elkaar verminken. In mei worden de jongen geboren en na zeven maanden, als de vacht op z’n mooist is, worden de dieren vergast en gevild. En dat voor een overbodig en nutteloos product als bont waar in Nederland geen enkel maatschappelijk draagvlak voor bestaat.
Nog deze eeuw kan Nederland een einde maken aan dit dierenleed. 1999 Is het jaar van de waarheid voor de 2,6 miljoen nertsen in Nederland. Minister Apotheker en 150 Kamerleden beslissen binnenkort over het lot van deze dieren. Bont voor Dieren verwacht dat zij bij het nemen van een beslissing denken aan de levens van deze vele miljoenen dieren. Laat de bontfokkerij beperkt blijven tot de schandvlek van de 20e eeuw!
De actie vindt plaats op dinsdag 16 februari om 13.30 op de binnenplaats van het ministerie van Landbouw aan de Bezuidenhoutse weg 73 in Den Haag.
Minister Apotheker ongevoelig voor nertsenleed!
Reactie Apotheker plaatst actie Bont voor Dieren in ander daglicht
2 februari 1999
Op initiatief van de bontindustrie is in 1996 een plan van aanpak geschreven. Hierin werden voorstellen gedaan die het welzijn van nertsen zouden verbeteren. Volgens Bont voor Dieren en een groot aantal deskundigen deugt dit plan niet. Het verbetert het welzijn van de nertsenhouder zelf in plaats van dat van de nerts. Het plan is inmiddels geëvalueerd. Op basis van deze evaluatie adviseert minister Apotheker nu in een brief aan de vaste kamercommissie voor Landbouw de nertsenhouderij te continueren.
Nederland is de op één na grootste nertsenfokker in de wereld. Elk jaar worden hier 2,5 miljoen nertsen gefokt. De welzijnsproblemen van nertsen in de bio-industrie zijn en blijven groot. Nertsen zijn wilde dieren die in krappe draadgazen kooitjes op fokkerijen letterlijk gek worden van stress en verveling. De dieren vertonen vaak stereotiep, abnormaal gedrag. Het komt zelfs voor dat zij zichzelf of elkaar verminken. In mei worden de jongen geboren en na zeven maanden, als de vacht op z’n mooist is, worden de dieren vergast en gevild. En dat voor een overbodig en nutteloos product als bont waar zoveel alternatieven voor zijn.
Bont voor Dieren begrijpt niet hoe minister Apotheker het doden van dieren voor bont kan rechtvaardigen. Volgens de Gezondheids- en Welzijnswet voor Dieren mogen dieren niet gehouden worden tenzij er een zwaarwegend doel mee is gediend en er geen bruikbare alternatieven voor zijn (het ‘nee-tenzij’ principe). Bont dient geen enkel redelijk doel en kost veel dierenleed. Duidelijker kan het niet. Waarom dringt dat toch niet door tot een minister die verantwoordelijk is voor dierenwelzijnszaken? Bont voor Dieren wil tijdens de actie op dinsdag 16 februari hierop een duidelijk antwoord van minister Apotheker.
De actie vindt plaats op dinsdag 16 februari om 13.30 op de binnenplaats van het ministerie van Landbouw aan de Bezuidenhoutse weg 73 in Den Haag.
Opinieonderzoek door Intomart toont aan:
Nederland keert zich massaal tegen nertsenfokkerij
3 maart 1999
In 1996 werd een vergelijkbaar opinieonderzoek uitgevoerd. Toen vond 83% dat bont een onverantwoord product was en wilde 80% dat de nertsenfokkerij verboden zou worden. De nieuwe onderzoeksresultaten tonen aan dat het toch al geringe maatschappelijke draagvlak voor bont nog verder afneemt.
Elk jaar worden in ons land 2,6 miljoen nertsen gefokt en vergast voor hun vacht. Nederland is daarmee de op één na grootste nertsenfokker in de wereld en is verantwoordelijk voor 10% van de wereldproductie aan nertsenbont. Praktisch al het Nederlandse bont wordt verkocht aan het buitenland. Vooral in Rusland, Japan, China en Korea zijn de vachtjes nog populair.
Nertsen zijn wilde dieren die in krappe draadgazen kooitjes op fokkerijen lijden aan stress en verveling. De kooien komen op geen enkele manier tegemoet aan de natuurlijke omstandigheden waarin de dieren normaal leven. In mei worden de nertsjes geboren en na zeven maanden, als de vacht op z’n mooist is, worden de dieren vergast en gevild. En dat voor een overbodig en nutteloos product als bont waar in Nederland geen enkel maatschappelijk draagvlak voor bestaat. Het Intomart-onderzoek toont dat opnieuw aan. 91% van de bevolking vindt het niet acceptabel dat pelsdieren gefokt en gedood worden voor de productie van bont. Een iets kleiner percentage, 86%, wil dat de regering daadwerkelijk overgaat tot een verbod op de nertsenfokkerij.
De uitkomst van het onderzoek is een belangrijk signaal aan de Tweede Kamer, die dit voorjaar met de minister over nertsenfokkerij zal spreken. De nertsenfokkerij is een uitwas van de bio-industrie die elk bestaansrecht mist. Gezien de huidige samenstelling van de Tweede Kamer is de kans op een verbod op de nertsenfokkerij groter dan ooit. Nog deze eeuw kan Nederland een einde maken aan dit dierenleed.
Nederlands nertsenfokverbod juridisch mogelijk
9 september 1999
Tijdens het overleg met de Tweede Kamer op 1 juli jl. gaf de Minister aan dat een nertsenfokverbod op juridische problemen zou stuiten en dat een wetswijziging noodzakelijk zou zijn. Ook sprak Brinkhorst er een voorkeur voor uit de nertsenfokkerij in Europees verband te verbieden, in plaats van alleen in Nederland.
Bont voor Dieren heeft aan de juristen van Van den Biesen Prakken Böhler de vraag voorgelegd of een nertsenfokverbod binnen de bestaande regelgeving juridisch mogelijk is. De conclusie van het advies luidt dat artikel 34 van de Gezondheids- en Welzijnswet voor Dieren mogelijkheden biedt om het fokken van nertsen voor de productie van bont te verbieden. De advocaten geven hiervoor drie argumenten.
Allereerst stellen zij dat in het toetsingskader de maatschappelijke aanvaardbaarheid van het fokken van nertsen voor de bontproduktie niet is meegenomen, hoewel dat blijkens de wetsgeschiedenis wel had moeten gebeuren. Beoordeel je dit wel dan blijkt het houden van pelsdieren maatschappelijk niet aanvaard te zijn.
Ten tweede geeft de beoordeling van het welzijn van nertsen op fokkerijen onvoldoende grond om een uitzondering te maken op het in artikel 34 vervatte verbod dieren voor productiedoeleinden te houden. Uit de evaluatie blijkt namelijk dat er nog steeds welzijnsproblemen zijn.
De advocaten constateren tot slot dat de pelsdierenfokkers van de overheid de gelegenheid hebben gekregen aan te tonen dat zij nertsen op een uit welzijnoogpunt aanvaardbare manier kunnen houden. Tijdens de evaluatie bleek de Tweede Kamer niet overtuigd en aanvaardde de motie Swildens.
De Tweede Kamer gaf met het aannemen van de motie Swildens aan dat het welzijn van nertsen op fokkerijen aangetast wordt en dat de bontproductie de instandhouding van de nertsenhouderij niet rechtvaardigt. Uit het juridisch advies blijkt nu dat de minister binnnen de huidige wet- en regelgeving kan overgaan tot het uitvoeren van de motie Swildens.
Ook Europeesrechtelijk bestaan er geen belemmeringen voor een Nederlands nerstenfokverbod. Een Nederlands fokverbod leidt namelijk niet tot handelsbelemmeringen binnen en Europese Unie.
In ons land worden elk jaar 2,6 miljoen nertesn gefokt en vergast voor hun vacht. Praktisch al het Nederlandse bont wordt geëxporteerd naar het buitenland. Het Nederlandse publiek wijst de nertsenfokkerij af. Uit een opinie-onderzoek uitgevoerd door Intomart in februari 1999 blijkt dat 86% van de Nederlanders voor een nerstenfokverbod is.