Bont voor Dieren

chinchilla

Wetenschappelijk: Chinchilla lanigera
Engels: Chinchilla
Verspreiding: Zuidwestelijk Zuid-Amerika (Andes)
Biotoop: Bergen
Voedsel: Gras en kruiden
Lengte: 23 cm, staart 13 -15 cm
Gewicht: 400 – 500 gram
Snorhaarlengte: 10 -13 cm
Leeftijd: Maximaal 20 jaar

Hoewel ze geen familie zijn van het konijn en ze ook niet in bomen vertoeven worden ze ook wel eens boomkonijn genoemd. De chinchilla is een knaagdier.

Het dier heeft een zachte en dichte vacht. Deze kan verschillende kleuren hebben: grijs, beige, wit, bruin en zwart. Of een combinatie van kleuren en tinten. Ze zien er daardoor heel aaibaar uit, maar daar houden ze eigenlijk niet zoveel van. Liever spelen ze met elkaar: Chinchilla’s zijn herbivoor en leven het liefst in groepen. Het zijn behendige klauteraars. Hierbij kan het wel eens voorkomen dat er botbreuken ontstaan door een val. Chinchilla’s kunnen verschillende geluiden maken. In de dagelijkse omgang kunnen ze zacht piepen of knorren.

Chinchilla’s verzorgen hun vacht door te baden in zand. Hierdoor worden vuil en vet uit de vacht verwijderd.
Tijdens schemer en dageraad komen ze tevoorschijn om nog even lekker in de zon te kunnen liggen. ‘s Nachts gebruikt het dier zijn snorharen om de weg in het donker te kunnen vinden. Ze gebruiken hun snorharen om vast te stellen of de kloven wijd genoeg zijn om doorheen te kruipen.

Wanneer er gevaar dreigt, kan een chinchilla ook blaffen om de rest van de groep te waarschuwen. Als een chinchilla kwaad is, gaat hij recht op staan en tegen zijn belager grommen.

De chinchilla is een vriendelijk dier, maar in gevangenschap is het angstig of agressief. Ze kunnen dan verminkingen aan zichzelf of aan soortgenoten aanbrengen.